We bespreken hier de ontsnapping zoals ze in de huidige actie werkt.
De idee, die aan de grondslag van de ontsnappingsactie ligt, bestaat erin dat de hamers fysisch gezien losgekoppeld worden van de toets. De hamer bevindt zich op een eigen scharnier boven de toets en wordt bij het indrukken van de toets aangeslagen, zodanig dat hij in vrije vlucht de snaar kan aanslaan en terugvallen.
Zoals te zien is op figuur 1.2 hangt de actie, die betrokken is bij het aanslaan van de snaren vast, aan drie rails:
Voor een goed begrip van deze bespreking verwijzen we naar de figuren 1.3, 1.4 en 1.5 op pagina's , en .
Voor het begrijpen van de actie dienen we voor ogen te houden dat volgende onderdelen niet bewegen (zie figuur 1.3):
Hoe wordt de hamer nu omhoog geslingerd bij het indrukken van de toets? Aan de hamer bevindt zich een nootje (150) dat rust op de bovenkant (128) van een l-vormig stukje hout (120), de opstoter genaamd. Als de toets wordt ingeduwd, dan duwt de piloot de onderhamer (110) naar omhoog. Op die onderhamer bevindt zich de opstoter, die op zijn beurt het nootje met daaraan de hamer omhoog slingert. Nu komen we bij de essentie van de ontsnapping. De opstoter is ook een scharnierend deel. Hij scharniert over 121 en wordt door de opstootveer (160) zo dicht mogelijk naar de lepel gekanteld waar hij tegenligt in rustpositie. Op de opstoter bevindt zich nog de de fly regulating button (162) waarmee de opstoter op de lepel rust. Als de toets ingedrukt wordt komt de opstoterlaars (126) op een gegeven moment in contact met de let off button (zie figuur 1.4) waardoor de opstoter in wijzerzin weg van de lepel gekanteld wordt. Daardoor schiet de ondersteuning van het nootje (128 op figuur 1.5) op een gegeven moment weg. De opstoter ontsnapt als het ware. Gezien de hamer dan toch al voldoende snelheid heeft ontwikkeld kan hij op eigen kracht de snaar aanslaan en daarna vrij terugvallen. Het moment waarop de opstoter wegkantelt, kan bijgeregeld worden door het afvaldopje (170).
Indien de actie beperkt zou zijn tot het voorgaande dan zou, door de hoge snelheid waarmee de hamer tegen de snaar komt en terugslaat, de hamer nog eens kunnen terugbotsen op de actie en zodoende de snaar een tweede keer aanslaan. Daarom wordt een opvanger (194) op het eind van de toets bevestigd, die ervoor zorgt dat de hamer opgevangen wordt bij zijn terugval.
Een actie in deze vorm heeft nog een probleem die het spelen van muziek bijzonder irritant maakt. Men moet om een noot te herhalen de toets volledig terug laten komen. Om dit probleem op te lossen heeft men de dubbele ontsnappingsactie uitgevonden1.3.